Ze zijn voorbij, de vreselijke feestdagen.
Ik voel me alsof iemand die al weken mijn hoofd onder water hield me eindelijk loslaat. Er is weer lucht, en ik kan weer vooruit kijken.
Ik weet niet wat het is dat ik zo haat aan december. Verplichtingen?
Dit jaar had ik er geen, en toch was er die dreiging.
Misschien is het iets dat ik geërfd heb van mijn moeder. Of van haar gedrag. De nukkigheid waarmee ze elk jaar dezelfde vijf lelijke kerstballen ophing, om ons plezier te doen. De manier waarop ze zowel kerstavond als oudejaarsavond doorbracht in haar peignoir, om dan zoals altijd om tien uur te gaan slapen. Omdat zij het zich niet kon permitteren, al dat feesten.
Het kan ook iets anders zijn, er is zoveel dat me tegensteekt aan deze periode. De te luide vrolijkheid om niets, kerstmuziek, de continue stroom van reclame voor cadeautjes,… Och, soms ben ik gewoon brombeer, maar in januari stopt dat gelukkig wel.